NTS 20209185 De rol van het serotonine en histamine system in defensief gedrag

Om te overleven op planeet aarde zijn defensieve gedragingen in reactie op gevaar essentieel. Met defensief gedrag wordt verwezen naar bevriezen, vluchten, en vechten. Experimenteel worden bevriezen, vluchten, en vechten elk typisch apart bestudeerd. Echter, defensief gedrag verandert afhankelijk van de afstand tussen het individu en het gevaar. Is het gevaar nog ver weg, dan wordt er doorgaans gestopt met exploratie/consumptie gedrag. Komt het gevaar dichterbij, dan is bevriezen of vluchten een typische reactie. En wanneer het gevaar heel dichtbij is, dan wordt er gereageerd middels vluchten of vechten. Deze gedragingen volgen elkaar dus op afhankelijk van de afstand tot het gevaar, en daarom is het van belang om de defensieve gedragingen in een en dezelfde gedragsopstelling te meten. Dit komt beter overeen met het leven van dieren in het wild en verhoogt de vertaling van data verkregen in dieren naar de mens. Er zijn grote individuele verschillen in de dynamische veranderingen in defensieve gedragingen, welke zeer relevant zijn voor het verkrijgen van inzicht in profielen van defensief gedrag en de onderliggende mechanismen in de hersenen. Dit fundamentele project onderzoekt de dynamiek van defensief gedrag in ratten middels in een nieuwe gedragsopstelling genaamd ‘`Robogater’. Het dier verlaat zijn thuis omgeving om voedsel op te halen. Echter, wanneer het dier zijn thuis omgeving heeft verlaten beweegt een robot naar het dier toe. We meten het defensieve gedrag (bevriezen, vluchten, vechten) van de dieren in reactie op de robot. Om de onderliggende hersenmechanismen beter te begrijpen onderzoeken we de invloed van het serotonerge en histaminerge systeem op het defensieve gedrag van de dieren. Zowel het serotonerge als het histaminerge systeem zijn sterk betrokken bij reacties op gevaar. We zullen hiertoe genetische en farmacologische manipulaties toepassen. Ook zullen we serotonerge en histaminerge zenuwcellen activeren of remmen en het effect daarvan op defensieve gedrag meten.

Dit onderzoek levert inzicht in individuele verschillen in de dynamiek van defensief gedrag en de onderliggende hersen mechanismen. Het begrijpen van individuele verschillen in deze dynamiek, en de onderliggende mechanismen in de hersenen kan bijdragen aan een beter begrip van angststoornissen en de indeling van individuen volgens hun patroon aan defensief gedrag, voor individuele behandelingen.

In dit onderzoek wordt gewerkt met ratten.