NTS 20209664-2 Veranderingen in stofwisseling in hart en spierweefsel tijdens inactiviteit en ontsteking
Fysieke inactiviteit van patiënten die opgenomen worden in het ziekenhuis is een belangrijke risicofactor voor een afname van fysiek functioneren en een lagere spiermassa na ziekenhuisontslag. Voorgaande studies hebben aangetoond dat bedrust van enkele dagen gepaard gaat met een afname in spiermassa, aanpassingen in de stofwisseling in de spier, waarbij tevens binnen een week de eerste tekenen van suikerziekte optreedt. Ook de hartspier wordt bij inactiviteit minder efficiënt en elastisch. Het is duidelijk dat suikerziekte en verlaging van fysiek functioneren, bij deze toch al kwetsbare patiënten moet worden vermeden. Ziekenhuispatiënten leiden vaak niet alleen aan inactiviteit, maar de ziekenhuisopname gaat dikwijls gepaard met bloedvergiftiging en ontstekingen. Bloedvergiftiging kan optreden na chirurgische ingrepen, of bacteriële infecties, en leidt ook tot een verminderde spierkracht en een veranderd stofwisseling. Juist deze patiënten zijn het meest kwetsbaar voor een afname in spiermassa en complicerende factoren. Een van deze complicerende factoren is dat vitale organen, zoals het hart, ook aangetast worden, waardoor patiënten dreigen te overlijden aan een hartstilstand. Wat de onderliggende oorzaak van deze aanpassingen is momenteel echter onbekend. De doelstelling van dit onderzoek is om de processen in de spier die ten grondslag liggen aan de veranderingen in spierfunctie na inactiviteit beter te begrijpen. In dit project bestuderen we wat het effect is van fysieke inactiviteit, in combinatie met bloedvergiftiging op het functioneren van de skelet- en hartspier. De algemene hypothese van dit onderzoek is dat inactiviteit, in combinatie met bloedvergiftiging leiden tot een veranderd stofwisseling in de (hart)spier wat ten grondslag ligt aan de veranderingen in uithoudingsvermogen en verlies in spiermassa.
Het wetenschappelijk belang is het vergroten van de fundamentele kennis over de rol van energieproductie in het lichaam bij inactiviteit en ontsteking, en welke moleculaire processen hierbij veranderen. Dit doen wij door een diermodel op te zetten en de effecten van fysieke inactiviteit en bloedvergiftiging te onderzoeken. Wij verwachten dat voedingsinterventies alsmede nieuwe medicijnen die de energieproductie verbeteren, om zo de spieratrofie en verminderde hartfunctie te kunnen voorkomen. Het maatschappelijk belang is om de spier- en hartfunctie van bedlegerige patiënten te verbeteren, en de bijdrage van ontstekingen en bloedvergiftiging in kaart te brengen. Daarnaast testen we nieuwe voedingssupplementen en medicijnen die de stofwisseling verbeteren of beschermen, om te zien of dit ook de werking van de skeletspier en het hart verbeteren, en/of de verslechtering hierin zullen uitstellen.
In dit onderzoek wordt gewerkt met muizen.
Dit betreft een wijziging.