NTS 2016613-2 Vismigratie-onderzoek met zenders en merken
Vismigratie in watersystemen wordt belemmerd door allerlei bouwwerken (‘kunstwerken’) zoals gemalen, stuwen, dammen, waterkrachtcentrales en sluizen en menselijke activiteiten als visserij, wat kan resulteren in vertraging of belemmering in migratie, extra sterfte door gemalen of waterkrachtcentrales en een hoger risico op predatie of visserijvangst bij barrières. Onderzoek naar migratiegedrag van vissen en het bepalen van de effecten van knelpunten en bijvangst in visserij kan het beste worden uitgevoerd met zenders en merken, zodat individuele vis kan worden gevolgd. Op deze wijze kan gemeten worden welk deel van de vispopulatie succesvol passeert, welke verliezen optreden, welke vertraging optreedt, welke leefgebieden benut worden, welk gedrag vis vertoont bij barrières en aan welke factoren dit is gerelateerd.
Migrerende (trekkende) vispopulaties zijn de afgelopen eeuw drastisch afgenomen of lokaal uitgestorven. De kennis en gegevens over barrièrewerking en extra sterfte van vissen wordt gebruikt om per locatie gerichte maatregelen te nemen of om de effectiviteit van maatregelen te kunnen testen. Ook wordt deze studie gebruikt om cumulatieve effecten
(meerdere knelpunten op migratieroutes) te bepalen op populatieniveau en te helpen bij het prioriteren van de meest effectieve maatregelen om populaties migrerende vis te laten herstellen. Wetenschappelijk is het van belang om de invloed van verschillende structuren en omgevingsfactoren op het gedrag van vis te bepalen en onderscheid te kunnen maken welke factoren vooral specifiek voor een locatie zijn en welke meer algemeen gelden (generiek toepasbaar zijn). Hiervoor zijn vergelijkende studies op meerdere locaties nodig. De onderzoeken maken het mogelijk dat er zowel betere analyses naar invloeden op de populatie aal kunnen worden uitgevoerd, als ook beter bepaald kan worden welke maatregelen door waterbeheerders kunnen worden genomen om zo effectief mogelijk het aantal succesvol uittrekkende schieralen of andere migrerende vissoorten te vergroten en zo de lokale bijdrage aan de totale paaipopulaties te vergroten.
In dit onderzoek wordt gewerkt met aal, driedoornige stekelbaars, zeeprik, rivierprik, haaien en roggen.
Dit betreft een wijziging. Er worden dieren toegevoegd aan de vergunning.