NTS 2015196-2 Vertering van voedermiddelen bij varkens en kippen

Dit project heeft tot doel de vertering en opname van voedingsstoffen vanuit het maagdarmkanaal bij varkens en pluimvee te bepalen en te verbeteren en ook de fysiologische processen die hierbij een rol spelen beter te begrijpen.

Dit is van belang om de dieren voer te kunnen verstrekken met een goed gebalanceerde samenstelling van verteerbare nutriënten. Om de groeiende wereldbevolking van voldoende dierlijke producten (zoals vlees en eieren) te kunnen voorzien zonder dat dit het milieu onnodig belast is het noodzakelijk dat dieren de gebruikte voedermiddelen goed kunnen verteren en de voedingsstoffen kunnen opnemen en benutten in het lichaam. Op die manier worden beschikbare voedermiddelen optimaal benut en kan ook de uitscheiding van schadelijke gassen en een teveel aan mineralen zoals fosfor, koper en zink in het milieu worden beperkt. Regelmatig komen nieuwe grondstoffen voor varkens en pluimvee beschikbaar, bijvoorbeeld als nevenproduct tijdens het bewerken van voedermiddelen voor humane consumptie en voor de productie van biobrandstoffen.

Daarnaast wordt in toenemende mate onderzocht of nieuwe (tot nu toe onbenutte) grondstoffen zoals aquatische producten (eendenkroos, algen, zeewier) of insecten geschikte grondstoffen zijn voor verwerking in varkens- en pluimveevoeders. Hiervoor is noodzakelijk dat de verteerbaarheid van de nutriënten wordt vastgesteld.

Ook het toevoegen van hulpmiddelen aan de voeding, zoals enzymen om vezels af te breken, die de dieren niet zelf aanmaken, wordt hierbij in dit project onderzocht. Daarnaast wordt geprobeerd de dynamiek van het verteringsproces beter te begrijpen door na te gaan hoe snel en in welke delen van het maagdarmkanaal het voedsel wordt verteerd en welke enzymen en transportmechanismen een rol spelen bij de opname vanuit de darm in het lichaam.

Door dit project krijgen we een beter inzicht in de voedingswaarde van bestaande en nieuwe voedermiddelen voor varkens en pluimvee en met welke hulpstoffen de vertering verbeterd kan worden.

Hiermee zijn we beter in staat de voeders op de behoefte van de dieren af te stemmen en de milieubelasting door productie van voedermiddelen en uitscheiding van mineralen in de mest te verminderen.

Ook kan beter gebruik gemaakt worden van (nieuwe en bestaande) voedermiddelen die niet of weinig in het menselijk dieet gebruikt worden waardoor minder humane voedingsmiddelen in diervoeders hoeven te worden gebruikt.

In dit onderzoek wordt gewerkt vleeskuiken, kalkoen en pluimvee.

Op 5 september 2019 is de tekst voor dit onderzoek.