NTS 20171885 Gen-therapeutische behandeling van zieke pacemakercellen
De sinusknoop, een kleine structuur in de rechterboezem, regelt de hartslag. De elektrische impuls uit de sinusknoop activeert eerst de boezem en, na passage van de atrioventriculaire (AV)-knoop , de hartspier van de kamers. Het ritme van de sinusknoop past zich aan bij de energiebehoefte van het lichaam. Door hartafwijkingen, een hoge leeftijd, of hartziekten kan de werking van de sinusknoop of AV-knoop onderbroken worden of uitvallen. Hierdoor daalt de hartslag en moet de patiënt behandeld worden met een pacemaker. Jaarlijks hebben ongeveer 700 duizend patiënten in Europa een dergelijk apparaatje nodig.Pacemakers hebben nadelen. De hartfrequentie past zich onvoldoende aan als de lichaamsactiviteit verandert. Daarnaast activeert dit hulpmiddel de kamers niet optimaal.
Ook is de levensduur van de batterij beperkt, waardoor de pacemaker regelmatig vervangen moet worden. Ten slotte zijn ze beperkt geschikt voor kinderen. Met dit onderzoek willen we kijken of we trage hartritmestoornissen op een andere manier kunnen behandelen dan met een elektronische
pacemaker. Dat willen we door litteken cellen te herprogrammeren tot functionele sinusknoop of AV-knoop cellen. De hoop is om zo het beschadigde systeem weer te herstellen.
Wij verwachten met dit onderzoek beter inzicht te krijgen in de mogelijkheden om de functie van de sinusknoop en AV-knoop te herstellen. Deze kennis kan leiden tot de ontwikkeling van gerichte
therapieën voor patiënten met hartritmestoornissen.
In dit onderzoek wordt gewerkt met muizen.