NTS 20198646 Het testen van 80 (combinaties van) middelen voor therapieverbetering bij gecompliceerde urineweginfecties door resistente en moeilijk behandelbare bacteriën

Als we een rangschikking maken naar het voorkomen van verschillende soorten infecties dan staat de urineweginfectie op de eerste plaats. Geschat wordt dat 50% van de vrouwen gedurende haar leven ten minste een keer een urineweginfectie heeft, en dat 20-30% daarvan meerdere infecties doormaakt. De top 3 van verwekkers zijn de bacteriën E. coli, K. pneumoniae en P. mirabilis. Bijkomend probleem bij deze verwekkers is de toename van resistentie tegen verschillende antibiotica. Dit heeft tot gevolg in de huisartsenpraktijk dat patiënten veelal niet meer behandeld kunnen worden met antibiotica die via de mond gegeven kunnen worden. Het is daarom belangrijk om enerzijds behandeling van urineweginfecties toch mogelijk te maken en anderzijds resistentievorming te voorkomen.

Van nieuwe middelen, maar ook van oude antibiotica is niets (in geval van nieuwe middelen) of vaak maar weinig (in geval van oude middelen) bekend over de meest geschikte doses, toedieningsfrequenties en toedieningswijzen, en over de indicaties waarbij het middel gebruikt kan worden. Daarnaast is van een aantal niet-antibiotica ook werkzaamheid tegen bacteriële infecties beschreven, die vaak niet uitgebreid onderzocht is. Daarom onderzoeken we in dit project of oude antibiotica, niet-antibiotica en nieuwe antibiotica, en combinaties hiervan, werkzaam zijn in de behandeling van (gecompliceerde) urineweginfecties.

Om nieuwe behandelingen te ontwikkelen voor urineweginfecties zijn modellen nodig. Na een in vitro screening worden, in dit project, 80 potente (combinaties van) middelen onderzocht in een urineweginfectiemodel in de muis. We bepalen de concentraties van de middelen in het lichaam van de dieren en het effect van de blootstelling aan deze middelen op het aantal bacteriën. De resultaten worden vervolgens vertaald naar optimale doseringen van deze middelen bij de mens. Met deze informatie kunnen de potentieel succesvolle (combinaties van) middelen in klinische studies worden onderzocht.

Dit project zal een model opleveren dat optimaal geschikt is om het concentratieverloop van middelen en de effectiviteit daarvan te onderzoeken bij urineweginfecties. Verder zal uit dit project blijken welke van de 80 (combinaties van) middelen potentie hebben om in de patiënt werkzaam te zijn. We verwachten dat er hiervan 4 succesvol zullen zijn in onze dierproeven. Deze potentieel succesvolle (combinaties van) middelen kunnen vervolgens onderzocht worden in klinische studies. Op basis van de resultaten van onze dierproeven kunnen de beste doseringsschema’s bepaald worden die later in studies in patiënten met urineweginfecties gebruikt kunnen worden.

In dit onderzoek wordt gewerkt met muizen.