NTS 20185665 Effectiviteit en sensitiviteit van coccidiostatica tegen eimeria infectie in kippen
Eimeria infecties in kippen behoren tot de belangrijkste parasitaire aandoeningen in jonge kippen en vleeskuikens. Er zijn
ten minste 6 verschillende types Eimeria bekent, die van belang zijn voor kippen. Zij veroorzaken ernstige darmschade met diarree, vermagering en kunnen in ernstige gevallen dodelijk zijn. Om de infectie te voorkomen worden zogenoemde
coccidiostatica ingezet, die via voer of drinkwater worden verstrekt. Voor deze middelen moet zowel bij de eerste
registratie als diergeneesmiddel, maar ook bij een noodzakelijke herregistratie de effectiviteit tegen alle Eimeria types
worden aangetoond. Parasieten kunnen zich aanpassen aan bestrijdingsmiddelen en resistenties ontwikkelen. Omdat de
effectiviteit van coccidiostatica in het verloop van de tijd door de ontwikkeling van resistentie kan veranderen, dient de
effectiviteit tegen aktuele, recent geïsoleerde Eimeria stammen te worden onderzocht. In dit project worden verschillende
coccidiostatica o.a. ten behoeve van het verschaffen van noodzakelijke informatie voor diergeneesmiddelregistratie
onderzocht. Hiervoor worden eerst in dierstudies recente Eimeria-isolate gezuiverd en geproduceerd voor
effectiviteitsstudies. In deze studies wordt het effect van de behandeling vergeleken met groepen die niet behandeld
worden. De uitscheiding van parasieten, de van de parasieten veroorzaakte schade in de darmwand of het effect op de
groei van vleeskuikens zijn belangrijke metingen om de veiligheid en effectiviteit te bepalen. Binnen dit project zullen 3 tot
4 verschillende coccidiostatica worden getest.
Wettelijke regelgeving van o.a. de EFSA (Europese Voedsel en waren Autoriteit) vereist studies in vleeskuikens om de werkzaamheid van coccidiostatica tegen recente veldstammen aan te tonen, voordat deze in kippen mogen worden gebruikt.
In dit onderzoek wordt gewerkt met kippen.