NTS 20197824 Transport van galzout in lever en darm
Galzouten zijn belangrijk voor de opname van vetten uit de darm, en worden door specifieke eiwitten in darm en lever getransporteerd. Galzouttransport is belangrijk om galzouten die na een maaltijd in de darm zijn beland weer terug in de lever te krijgen voor hergebruik. Als dit niet in evenwicht is, kunnen galzouten zich ophopen in de lever met schadelijke gevolgen.
In dit project onderzoeken we hoe galzouten opgenomen worden in lever en darm en hoe dit beïnvloedt wordt door nieuw-ontwikkelde geneesmiddelen. Dit inzicht kan leiden tot betere behandelmethoden voor leverziekten die samenhangen met galzoutophoping.
Huidige behandelopties bij cholestase (verstoorde galafvloed) zijn zeer beperkt. Voor primaire scleroserende cholangitis (PSC), een chronische leverziekte, is geen enkele werkzame therapie, terwijl deze mensen dagelijks gebukt gaan onder extreme jeuk en vermoeidheid en de hoge dreiging van tumoren in darm en lever. Als de galafvloed verstoord is door een fysieke blokkade (galsteen of afsluiting vanwege tumoren) is chirurgie waarbij de vernauwing wordt weggenomen of een stent ingebracht de meest gebruikte strategie, maar dit gaat veelal gepaard met complicaties en is bij ernstig zieke patiënten niet altijd haalbaar. Kennis over de oorzaak en gevolgen van verstoringen in het transport van galzout in lever en darm is nog te beperkt. Galzouttransporters spelen hierbij een belangrijke rol, omdat ze geactiveerd kunnen worden om de uitscheiding te verhogen, of juist worden geremd zodat extra opname van galzouten wordt onderdrukt. Inzicht in de rol van deze transporters kan uiteindelijk leiden tot nieuwe behandelmethoden. Specifieke opbrengsten die verwacht worden zijn nieuwe remmers van galzouttransport die leverschade verminderen en/of een vermindering geven van de schadelijke bij-effecten van medicijnen die momenteel in klinische tests worden getoetst. Dat laatste omvat invaliderende jeuk en ernstige diarree. Ook wordt en beter inzicht verkregen in de oorzaken en ontwikkeling van verstoringen in galzouttransport. Bij meerdere cholestatische leverziekten is de oorzaak onbekend.
In dit onderzoek wordt met muizen gewerkt.